De reis van de Zeezot de reis naar verre bestemmingen

20 januari 2012

201202 Australië

Filed under: 201202 Australie 02 tot 21-1-12 — Joop @ 1:17 pm

Australië 2 tot 21 januari 2012

Na Oud en Nieuw gevierd te hebben in Noosa gaan we 2 januari ’12 op weg. Albertien als navigator en ik als chauffeur. Links rijden gaat vrij goed en met regelmaat hoor naast me ‘links houden’ dus blijf ik bij de les. We hebben een pickuptruck en gaan zo weinig mogelijk over de highways. We rijden liever binnendoor wegen en soms 4WD tracks.

Het plan is om vooral leuke plekken op te zoeken aan de hand van de gids voor kampeerders. In deze gids staan alle campings van luxe tot primitieve, van duur tot gratis. Verder hebben we nog ander gidsen, zoals de loneley planet, de ANWB reisgids en een statepark boek. Eerst gaan we via Brisbane op bezoek bij Jan Hogerhuis in Coombabah aan de goudkust. Ook dit is een gebied waar veel mensen heen gaan voor hun vakantie. Brisbane blijkt op 2 januari grotendeels leeg te zijn. De meeste bedrijven zijn dicht, omdat nieuwjaarsdag op zondag viel.Ze missen daardoor een feestdag, die ze vandaag compenseren. Wij krijgen zo een beeld van Brisbane waar je normaal in files doorheen rijdt. Nu hebben we nu alle ruimte en komen er zonder problemen doorheen. Alleen is zo’n lege stad wel erg kaal. Dus rijden we door naar Jan. Daar aan gekomen hebben we natuurlijk een heleboel bij te praten. Ik had Jan al een hele tijd niet meer gezien. Hij is 17 jaar geleden verhuisd naar Australie met een toenmalige vriendin. Het gaat hem goed, al is er een hoop gebeurd in die 17 jaar. We hebben in ieder geval een gezellig middag en avond bij Jan, zijn huidige vriendin en hun gezamenlijke kinderen. En dan gaan we de volgende morgen nog even bij vrienden van Don en Agnes langs voor een kop koffie. Dit wordt een gezellige ontmoeting die helemaal uitloopt met een excursie langs de Goldcoast. Wanneer we uiteindelijk weer terug bij die mensen thuis zijn, is het al drie uur en we willen nog naar een leuke plek om te kamperen. Het kost een paar uur rijden om te ontdekken dat de camping waar we heen willen vol is. Na enig zoeken vinden we vlakbij een leuke camping bij een boer op het land. Daar slaan voor het eerst zelfstandig ons kamp op. De volgende dag gaan we op tijd op weg naar een plek in de bergen, O’Reillys, waar je door de boomtoppen kunt wandelen over hangbruggen. Ook hebben ze in een hoge boom een soort kraaiennest gebouwd waar je via ladders naar toe kan klimmen. Dat hebben we natuurlijk gedaan en van het uitzicht genoten. Daarna nog een wandeling door een botanische tuin met allemaal bijzondere bomen en planten van Australië. Na deze cultuur shot gaan via een 4wd-track door de bergen. Voor we de track oprijden vragen we nog even een lokale bewoner of het doen is. Hij kijkt ons verwonderd aan en zegt alleen als je een vierwieldrive hebt en dat heb je toch??? Dat is waar. Wij op weg. Het eerste stuk valt mee maar hoe verder we komen hoe ruiger het pad met zeer grote gaten. Het gaat soms erg steil naar beneden maar we redden het en komen veilig beneden. Daarna nog een stel lokale wegen en dan vinden weer een leuke camping, de Styx river campsite. Nou ja camping het is stuk ruw land waar je mag kamperen. Er staan kampvuurplekken en picknicktafels. Bovendien is er een kompost wc, die je met nog 10 man of meer deelt. Je ruikt het al, alhoewel de stank erg meevalt. Overigens overal vindt je toiletten en meestal is er wc-papier en zijn ze redelijk tot erg schoon. Zo als altijd staan we hier vroeg op. Al ontdekken dat we hier in een andere staat verblijven New South Wales en daar geldt zomertijd, wat voor ons betekend dat de dag een uur opschuift. De dag daarop vinden we mooi uitzichtpunt hoog in de bergen met geweldig uitzicht over het berglandschap. Daarna gaan we op weg via lokale weg maar eigenlijk is het een 4WD track met slechte stukken er in. Ook daar komen goed doorheen. Dan volgen we een toeristische route die ons met omwegen door een prachtig gebied met watervallen leidt. We vinden een kampeerplek voor de nacht dicht bij een waterval en waar twee rivieren bij elkaar komen, Bretti recreation area. Er is weer een plek voor een kampvuur dus gaan we deze keer op zoek naar hout. We struinen de camping af maar anderen zijn ons al voor geweest. Er is niet veel te vinden, net genoeg voor een klein vuurtje. Dan komt het volgende probleem. Het hout is niet super droog. Wat nu? Ik stop een tak in de reserve tank met diesel. Zo zal het wel lukken. Niet dus. Gelukkig komt er iemand langs wandelen en die heeft wel een aanmaakblokje. Hoera, het vuur gaat aan. En als het lekker brandt, brengt een andere buurman ons een paar takken om wat meer hout te hebben. We bieden hem een biertje aan maar hij weigert Hij heeft er al genoeg op zegt hij. Hij verteld dat hij gepensioneerd is en 8 maanden per jaar op de gratis natuurcampings kampeert en zo rondtrekt. Die nacht slapen we niet zo goed. Een eindje verderop de heuvel staat iemand , die graag wil laten horen dat hij er is en luide muziek draait. Hij blijft dit doen ondanks protest van mede kampeerders. Om een uur of 12 stopt hij ,maar om half zes worden we weer gewekt. Zijn ego is nog steeds niet groot genoeg. Om zeven uur is het rustig. Wij zijn zo al weer vroeg onderweg. We stoppen om te tanken en Joop neemt, omdat er een goede koffie machine staat meteen 2 cappuccino’s mee. Helaas is hij vergeten te zeggen dat wij een dubbele shot willen. De koffie is voor ons hier veel te dun. Agnes geeft het recept voor onze oploskoffie al door aan Don als ‘double coffee, half water’ of te wel ‘eb-tide’. Gelukkig kan je overal om een “double shot” vragen en als ik, Albertien, echt sterke koffie wil wordt het inderdaad “and half water”. We nemen hierna een prachtige weg door de bergen. Eerste een stuk langs een rivier , dan dwars door de bossen, waar we een korte wandeling maken naar een uitkijkpunt. Dan komen we bij een hoog gelegen moeras aan en vervolgens rijden we stuk door een heuvelig weidelandschap. We genieten volop. Het enige werkelijke minpunt is dat Joop weer een ontsteking in zijn mond heeft. Dit neemt ondanks de ibropufen niet af en we besluiten naar een tandarts te gaan. Het lukt ons om een afspraak te maken voor de volgende morgen, zondag, in een plaats een eindje verderop. Deze nacht brengen we door op een camping met warme douches aan een stuwmeer te St Clair. De weg er heen voert ons via een zandpad over heuvelkammen dwars door de weilanden. Een belevenis. De tandarts durft het niet aan om Joop zijn probleem echt op te lossen. Hij krijgt antibiotica en wordt doorverwezen naar een arts in Sydney, ons volgende doel. Als we in Sydney op de camping, Lane Cove campingpark, aankomen staat daar “no vacancy” en hangt er een dikke onweersbui in de lucht.. Tja en dan? We trekken de stoute schoenen aan en proberen het toch. Joop gooit zijn ellende in de strijd en zie daar er heeft iemand afgezegd en we kunnen voor 1 nacht blijven. Hoera!! Duurder dan ooit maar met een mogelijkheid tot wassen. Dat doen we meteen. Die nacht krijgen we een onwijs dikke bui over ons heen en de tent blijft op wat kleine lekkages na droog. De volgende dag horen we dat we nog 2 nachten kunnen blijven. De afspraak met de tandarts hier lukt niet. Gelukkig lukt het Miep in Melbourne een afspraak te maken voor de 18de een dag na onze geplande aankomst. We bezoeken Sydney. We lopen over de brug, gaan uitgebreid naar een museum, bekijken de opera van buiten, varen met een ferry door de havens,enz enz Ondertussen verhipt Joop af en toe van de kiespijn, vooral als hij gegeten heeft. We houden ons hart vast over de afloop. Slaat de antibiotica aan of niet?? Nu na een dag of 2 lijkt het erop van wel. Joop ontdekte op de camping hier dat de voorbanden van de auto aan de binnenkant helemaal afgesleten zijn. Er is iets met de uitlijning niet goed denken we. Duidelijk is wel dat er nieuwe banden op moeten en dat er iets aan gedaan moet worden want de banden waren goed bij vertrek. De auto stuurde ook wat lastig, maar wij weten dat aan de uitbouw van de wielen en de 4WD. Nu zitten we bij een McDonald te wachten op de uitslag van de garage. De man die de nieuwe banden er op gelegd heeft, stuurde ons hierheen. Dit is een specialist in voorwielaandrijvingen. Hopelijk kan hij het vandaag oplossen anders hebben we een raar probleem. Onze auto is ons huis en vervoermiddel zonder dat zijn we hier toch ietwat onthand. Het lijkt er op dat het gaat lukken. De boel zit knoertvast en het kost tijd en kracht, maar men is vol goede hoop. Wij dus ook. Nu maar hopen dat we in de vakantietijd hier een kampeerplek voor de nacht kunnen vinden. Het wordt hier afgeraden rond de schemering te rijden omdat je dan de grootste kans hebt op een kangaroe voor je wielen. Overigens de afgelopen nacht hebben we bezoek gehad van een stelletje possums. Dat zijn net dikke katten met de snuit van een egel. Om de muggen te verdrijven hadden we wierook gestookt. Joop had de as bij de boom gegooid en het houdertje op tafel laten staan. De geur daarvan was kennelijk aantrekkelijk, want ze klommen steeds op het tafeltje in de hoop eten te vinden. Dat mislukte uiteraard, maar daarmee was de hoop en dus de actie niet vervlogen. Joop had ze al steeds willen fotograferen. Hij lag nu hoog in bed met prachtig uitzicht maar…… zonder camera. Enfin volgende keer beter en ik weet nu ook hoe ze er uit zien. Alleen jullie nog niet.

De auto is gemaakt. Wij zijn al met al 560 ozzie dollar lichter en opgelucht ,dat het gelukt is en de auto rijdt veel beter. Ik heb nu niet meer het gevoel dat de kar er met Joop vandoor kan gaan. We vinden een plekje voor de nacht in een verlopen camping met een keuken speciaal voor kampeerders. Aanwezig voor gebruik: Koelkast, vrieskast, fornuis, warmwater en een magnetron. Die avond komen er allemaal witte papagaaien met een gele kuif aangevlogen. In de dagen hiervoor zagen we al prachtige kleine blauw/rode papagaaitjes. Ben ook vergeten te melden dat we onze eerste slang gezien hebben. Een dikke zwarte, die zoals we zagen in “reptielenpark’ in Sydney de niet echt gevaarlijk is wel giftig. Indrukwekkend wel. We hebben in dat park gemerkt hoeveel we al wisten van Australische dieren door de lessen van Agnes. Wel hebben we daar koalabeertjes gezien. Wat zijn ze lief en sloom om te zien. Daarna zagen we er van dag een dode langs de kant van de weg. Een levende hebben we in het wild nog niet gezien. Wel allerlei soorten kangaroes en wallibi’s. Na het auto debacle zijn we de Bleu Mountains in gereden. Erg toeristisch, maar gelukkig ook met mooie wandelingen en uitzichten. Daarna wilden we naar een camping om de volgende dag naar de Jenolan caves te gaan,De camping is onvindbaar en we rijden maar bij de Caves langs na sluitingstijd. Ze lijken indrukwekkend en toch laten we ze links liggen. We rijden via een slingerweg omhoog en besluiten naar een camping aan een dirt road te gaan in het Kanangra-Boyd nationalpark. Wat een goed idee. Op de camping staan maar een paar kampeerders en het is er rustig. Schone toiletten en een plek om een kamvuur te bouwen. Wij gaan op takkenjacht en vinden genoeg voor een vuur. Bij de borrel komt er een prachtig kangeroetje of wallibi voorbij met een bruine velletje en een zwarte staart. Later als het donker is horen we er weer eentje langs komen. Stil zijn ze namelijk niet met hun gehup. De volgend dag krijgen we na een vraag over een 4Wd-track een uitgebreid advies over de nog door ons te bezoeken plaatsen. We zien wel, maar het lijkt aantrekkelijk. Eerst naar een uitkijkpunt. We maken een wandeling langs de kliffen naar een grot en gaan dan maar weer terug. We nemen een 4WD track, die we overigens helemaal in de 2WD doen. Wel hadden we onze hoogte op de wielen nodig. Het is wonderlijk om zo’n weg te rijden. Kikken dat je het haalt, rijden op een weg die je anders niet in je hoofd zou halen en dat eindeloos lang , want kleinschalig is het hier niet. Daarna rijden we door een bosbouw gebied, dat ook al zo eindeloos groot is. Hectares gekapt bos en aangepoot bos in alle leeftijdscategorieën. Dan slaan we af op een door buurman aanbevolen weg. We hebben geluk dat deze onverharde weg pas behandeld is en daardoor niet zo wasbordachtig is. Ook deze weg gaat naar grotten die we weer links laten liggen. De weg is spectaculair. Smal, hoog en bergje op bergje af en dat een keer of 4?,5? Of meer? De afgrond is nabij en je ziet elkaar niet aankomen. Ik weet niet of ik geniet of griezel. Gelukkig komt het allemaal goed en staan we nu op een enorme camping bij een meertje, Belleega recreation area. Gratis, maar wel gecontroleerd. Zo sta je in de absolute stilte, zo sta je tussen de kamperende families.

Het is een wonderlijk land wat regels betreft. In Noosa moet er een hek om je zwembad volgens bizar strikte regels, want er zou een kind in kunnen vallen. Dat het zelfde kind 50 meter verder zomaar het open water in kan lopen is (nog) geen probleem. Ook hier hoor je iedereen mopperen op de bureaucratie. Het is als overal. Iedereen wil veiligheid en niemand neemt de verantwoordelijkheid. Dus regels, regels en nog eens regels en hopen dat het helpt tegen???? Iedereen lijkt voor vrijheid en doen wat je zelf wil. Kamperen in de bush is het helemaal. Bewegen en sporten ook. Bij Mc Donald zie je de tegencultuur. Dikke mensen, borden vol. Gezamenlijke maaltijden zijn een uitzondering zeker overdag. Iedereen pakt waar ie zin in heeft op het moment dat het hem uitkomt.

Die nacht is er bij een kamperende familie groot alarm als er een beest in de tent zit. Een hoop, hoog gegil en gelach als het gebeurt en daarna moet het nog drie keer in geuren en kleuren verteld worden. Volgende ochtend gaan we er weer vroeg vandoor. We willen een eind rijden vandaag. We zouden gaan lunchen op een ons aanbevolen strand. Maar we vinden het onzin om voor een strand te betalen en rijden door. Dan zien we weer een afslag en we zien ook dat deze camping nog niet vol lijkt te zijn. Uiteindelijk vinden we een prachtig plekje naast een stel jonglui. Ze proberen nog even of hun luide muziek ons zal bewegen tot verder trekken, maar dat mislukt. Het is het laatste kampeerplekje op deze State park camping. Even later komen ze vertellen dat je hier na gebruik van de, dit keer, stinkende wc je handen moet wassen met desinfecterende gel vanwege een kans op infectie. Dank voor de tip. Enfin de muziek gaat zachter er komen nog een paar mensen bij. Het is een gezellige club met een lekker vuurtje. Wij jutten hout op het strand en komen er later achter dat er hout gratis bij de ingang ligt. We hebben een prachtig vuur. Als we daarbij zitten met een drankje komt er een walibi, dat is een klein kangeroetje langs huppen. Ze stopt vlakbij om te grazen en dan komt er een kleintje te voorschijn uit haar buidel. Prachtig. Helaas, wanneer Joop opstaat om de camera te pakken gaan ze er als een haas vandoor. Om tien uur is de hele camping in zoete rust. Om zeven uur zitten we weer in de auto. We gaan een dag eerder dan gepland naar Melbourne. We hebben geen zin om daar zo kort te zijn en Joop heeft er een afspraak met een tandarts. Veel campings langs de kust zijn vol. We zien een paar wondermooie baaien en besluiten dan in het binnenland een camping te zoeken. We missen dat we onder de snelweg door gaan en de gps stuurt ons het bos in. Iets anders dan we wilden, maar wel hetzelfde woud. Na een dirt road van 38 km door het woud komen we op een camping aan waar alleen een auto staat. De wc is schoon en met wc papier en is een plekje waar we misschien wel willen staan. Joop ziet het zitten en ik niet zo. Zo alleen midden in een bos en geen hond die weet dat we hier zijn. Even later komt er nog een auto aan. Ik ga een praatje maken en vragen of zij hier blijven. Het blijkt dat deze mensen ook op de vorige camping stonden. Zij zijn aan het twijfelen , omdat ze op de plek waar ze hun tent neer wilden zetten een bruine slang zagen. Ze dubben en kijken verder rond. Wij zijn intussen verrast door het bezoek van een grote goana van een meter. Die dieren doen wel niks, maar je schrikt er toch van. Ik wel in ieder geval. We besluiten koffie te drinken en dan een wandeling naar een waterval te maken. Daarna zien we wel weer verder. Terug bij de auto zit er een briefje op de auto dat ze een stukje, zo’n 70km dirtroad, verderop gaan, want er bleek een heel nest slangen te zitten. Ik zie het hier ook niet zo zitten. We gaan terug naar Orbost, daar was een luxe camping met mensen. Hier genieten we van het warme water en gaan de volgende dag door naar Melbourne. Om 2 uur zijn we bij de vrienden van Joop en verkassen we van de auto naar weer een luxe slaapkamer met eigen toilet en badkamer. Een dag van rust en wassen draaien volgt. De afspraak die Joop bij de tandarts heeft levert niks op. Ook deze tandarts is niet goed genoeg. Nu heeft hij vrijdag een afspraak bij een specialist. We wachten af. Zaterdag vliegen we naar Auckland. Vandaag 18 januari hebben we een rit door de omgeving gemaakt en gaan we zo met de familie naar de pub. Morgen een dag naar Melbourne, zo’n 40 km verderop. We gaan met de trein in een uur naar Melbourne en stappen op het hoofdstation uit. Hier zijn nog steeds de klokken waarop je voor het digitale tijdperk kon zien wanneer welke trein waarheen vertrok. Men spreekt ook af onder de klokken. We pakken een gratis tram tot we bij Chinatown komen. We lopen via een aantal prachtige ‘lane ways” oftewel arcades. Dit zijn oude overdekt winkelstraten uit de jaren twintig met unieke winkeltjes en prachtige mozaïek vloeren. Melbourne heeft nog veel oudere elementen en mooie nieuwbouw. We gaan met een lift naar de 88 verdieping van het Eureka gebouw en zo zie je de uitgestrektheid van deze stad. Daarna eten we ergens aan de rivier en gaan tevreden naar huis. Vrijdags besteden we aan het organiseren van ons vertrek naar Nieuw Zeeland morgen. Pakken en zo. Overigens ook het tandartsbezoek van vandaag leverde alleen een rekening op. Nu hopen we dat de tand zo lang mogelijk kan blijven zitten en we hebben een afspraak gemaakt in Nederland in mei. We komen hier eind februari terug.

Ps Foto’s volgen nog maar wie weet staan ze er al op. http://picasaweb.google.com/syzeezot

Powered by WordPress