USA en Bermuda,
Na ons vertrek uit Cuba zit de wind in de verkeerde hoek. We motoren eerst een stuk langs de kust en kunnen dan zeilend de golfstroom op zoeken. We hebben nog even contact met Tom over een schip dat hij zwalkend aantreft. Hij gaat op onderzoek uit maar krijgt geen contact met de man in de kuip. Omdat hij alleen is kan hij niet dichterbij komen. Zijn marifoon antenne staat te laag om de US Coastgard te bereiken en dus proberen wij het. Tja we hadden het kunnen weten, dat schiet niet op. De te volgen procedures zijn zo traag dat tegen de tijd dat we werkelijk kunnen melden waar het overgaat we geen bereik meer hebben. Tom roept dan een vrachtschip aan, die reageert gelukkig wel en gaat met een klein koerswijziging langs het schip. Hoe het afloopt weten we niet we zijn dan te ver weg. Via radio contact met de Pjotters komen we te weten waar de golfstroom loopt en als we hem vinden loopt er 3 mijl stroom mee, we lopen de volgende avond bij Miami binnen. Het is nog een heel gedoe om ons te melden. Je doet dat bij de coast gard , maar die doen er niks mee en geven je een nummer dat je moet bellen. Kennelijk een fout nummer want ik krijg een antwoordapparaat. Enfin dan eerst maar ankeren. Gelukkig vinden we een goede plaats. Een jachthaven is hier niet te betalen. $ 3.50 per foot per nacht, dus tel maar uit je verlies. De volgende dag na wat heen en weer gebel met ons NL mobieltje krijgen we te horen dat we ons op straffe van een boete van 5000 dollar gisteravond telefonisch al bij de douane hadden moeten melden. Gelukkig blijft het bij het mededelen daarvan. Wel moeten we ons melden binnen 24 uur. Nu is het bij wijze van spreke aan de overkant , maar de bijboot mag er niet liggen. Dus wij naar de kant bij de Miami yacht club ,want daar liggen we voor en wie zien veel mensen hun dinghy daar neerleggen. Watervlo daar neer leggen kost 17 dollar per dag en dan mag je wel douchen, zwemmen in het zwembad en je vuilnisdroppen. Wij vinden het een hoop geld. Dat vinden ze zelf ook en ze willen het in de toekomst veranderen alleen hebben wij daar nu niks aan. Enfin het kan niet anders want van hier uit is de taxirit naar de douane het kortste. Gelukkig is er iemand van de club zo vriendelijk om ons heen te brengen terug moeten we dan maar zien hoe. Bij de douane, of te wel the border protection hebben we het idee weer terug te zijn in Cuba. Het is Spaans wat de klok slaat en Engels spreken kost moeite. Enfin het kost het nodige wachten, schrijven en 19 dollar dan ben je binnen en sta je buiten met een stempel en een cruisingpermit. We nemen een taxi terug. Ik zie een wandeling over twee hoge ruggen via een hoop beton in deze warmte niet zitten. Het is raar om nu ineens weer tussen de hoogbouw en de “fancy houses” te liggen. Van iemand bij de jachtclub horen we dat we aan de overkant van de baai met de bijboot bij de supermarkt kunnen komen, kijk dat is dan weer makkelijk. Al vinden we het de eerst keer niet en komen we bij een andere supermarkt uit. We hebben aan boord wel, niet, wel net niet internet en dat vinden we lastig. We proberen op de ankerplaats een betere plek te vinden en als we daar ankeren komt er een Deens schip achter ons liggen. De eerst echte cruissers hier en altijd leuk. Wij gaan toch weer anker op omdat we ook hier geen goede verbinding hebben. Later gaat Joop even naar ze toe en we hebben een gezellig contact met de bemensing van Avanti. Zij hebben jaren op de Middellandse zee gevaren en maken ons er warm voor. De tocht er naartoe en terug hebben ze verscheidene keren via de Franse kanalen gedaan. Het is motoren de hele weg maar dwars door Frankrijk lijkt me wel wat. Oud landschap en geschiedenis met een glaasje wijn, stokbrood en lekkere kaasjes.
We zullen zien. Eerst maar die radio problemen oplossen. Via Judy, de dame uit Cartagena hebben we het adres gekregen van Ann, een vriendin van haar die bij West Marine, een watersportzaak, werkt en die kan ons misschien verder helpen. Zelf kunnen we geen reparateur of Icom dealer in de buurt vinden. Zij probeert van alles, maar ook haar lukt het niet. Joop haalt voor de zoveelste keer de boel uit elkaar, hij kan het niet hebben, dat hij het mankement niet kan traceren. De oplossing wordt maar weer een nieuwe tuner, want daar lijkt toch het probleem te zitten. De volgende dag haalt Ann ons op in haar auto, brengt ons naar ‘haar’ winkel en daarna gaan we nog langs een supermarkt. Is toch wel heel gemakkelijk veel boodschappen doen met een auto. Daarna trakteert ze ons op een lunch bij de jachtclub waar ook zij lid van is. Het wordt weer een enorme maaltijd,we kunnen daarna geen pap meer zeggen. Joop sluit de nieuwe tuner aan en…… dat levert niks op. Wat nu?? De tuner kan in elk geval weer terug naar de winkel, dat was gisteren al afgesproken. De Deen heeft een staande golf meter aan boord en dat levert Joop het idee op dat het probleem toch bij de radio ligt. Pissig trekhij dingen los die daarvoor heilig waren. Hij ziet corrosie op een bandkabel, dit een brede band met wel 20 pootjes, na wat heen en weer geros, zo noemt Joop dat, zijn de pootjes schoon en doet de radio het weer. Hoera??? We kunnen het bijna niet geloven. Via Ann brengt Joop de volgende dag de tuner terug en gaan we eindelijk ontspannen Miamibeach verkennen. Joop was daar al eens geweest op jacht naar een plaatselijke telefoon kaart. Wel gevonden, maar eenmaal terug aan boord lukt bellen naar het buitenland ondanks de toezegging niet. Hij weer terug en na veel vijven en zessen lukt het de mensen van de winkel. Als we een dag later een opwaardering kopen krijgen we ook dat niet voor elkaar. Dus weer terug. Samen met het internet en radio gedoe, is het een flinke een zware test van onze frustratie tolerantie. We slagen er met de hakken over de sloot voor. De radio doet het ook de daarop volgende dag weer. Voor de zoveelste keer deze reis kopen we vers voer voor onderweg. We denken er een week tot tien dagen over te doen naar Bermuda en vertrekken dinsdag 17 mei. Het gaat redelijk voorspoedig zeker als we de golf stroom te pakken hebben. De eerst nacht op zee is voor mij nooit gemakkelijk. Maar deze keer ben ik er helemaal af. We hebben allebei onze handen vol aan mij. Gelukkig doet de radio het. Edoch de volgende dag stopt ie d’r weer mee!! Joop pakt het ding weer uit en ontdekt toch nog meer corrosie. Helaas op het schommelende schip steekt ie de bandkabel met zijn 20 pootjes een vakje scheef en dan is er ergens kortsluiting. Goede raad is duur. We besluiten toch weer terug te gaan naar de VS in de overtuiging dat we daar sneller en goedkoper een nieuwe radio hebben dan op Bermuda. We gaan naar Cape Canavaral zo’n 130 mijl terug. Na anderhalve dag komen we daaraan en willen naar een aanbevolen jachthaven. We moeten een verzendadres hebben en deze is goedkoop, dwz 1 dollar per foot. De haven heet “ harbour town marina” en dus zijn we in de veronderstelling dat hij in of bij de stad moet liggen. Niks daarvan. We moeten door de brug en door een sluis en dan nog zijn we er niet. Uiteindelijk komen we aan in een leuke marina in de middle of no where. Hoewel de beloofde douchesleutel niet onder de mat ligt, kunnen we toch douchen. Wat een zaligheid! Het zijn hier allemaal badkamertjes met wc wasbak, douche en airco. Tot onze grote vreugde hebben we ook internet aan boord en Joop kan dus op zijn gemakje de diverse toeleveringsbedrijven bellen. Na wat heen en weer gebel en loze beloftes her en der, kan een bedrijf uit Miami, ja, ja, de radio maandag laten afleveren. Ondertussen hebben we ook al een was gedraaid en zo hebben we ineens drie dagen vrij!! We gaan een auto huren. Bij de derde firma hebben ze een goed aanbod en kunnen ze ook nog meteen de auto leveren. We vragen om een kleintje maar krijgen gratis een opwaardering naar een middenklasser. Dat is ons hier al eens vaker overkomen. Uiteindelijk kunnen we kiezen , maar de Nissan Ultima die zij uitgezocht hebben, vinden we prima. Het rijdt en rammelt niet en wij vinden het een chique kar, mooi toch? De volgende dag gaan we via een maritieme fleemarket naar Cape Canavaral. Heel erg ruimtevaartminded zijn we niet, maar om nu we er dichtbij zijn niet te gaan kijken is ook raar. De entreeprijzen zijn hoog, maar……… lach niet, we krijgen seniorenkorting. Da’s mooi. We zijn er de hele middag zoet en missen op het einde een film. Ons kaartje blijkt langer geldig dus gaan we maandag nog even terug. Zondag gaan we met de Denen van Avanti opstap. Zij liggen inmiddels vlakbij. Via google earth vind ik uit waar ze liggen en waar we ze op zullen pikken. Systemen, systemen. We rijden rond maar het landschap valt tegen . Volgens hun lonely planet moeten we naar een forest , maar we zien alleen maar bomen en niet een bijzonder regenwoud. Als we uiteindelijk een wandeling maken op een door een bezoekerscentrum aan gewezen plek is de natuur daar wel heel erg aan banden gelegd . Zelfs de alligator ligt bij het bordje waarop hij aangekondigd wordt. Joop en Lola gaan nog even zwemmen in een zoet water bron. We kijken onze ogen uit naar de dagjes mensen die bij dit min of meer natuurlijke zwembad rondhangen. Veel mensen van formaat zal ik maar zeggen. Daarna gaan we naar kustweg waar we ons aan een superijsje tegoed doen. O ja gisteren gingen Joop en ik uit eten. Pizza, dat leek ons wel wat. Bij een tent waar veel auto’s staan, gaan we naar binnen en bestellen elk een pizza. Foutje, we verwarren 16 inch doorsnee met 16 centimeter en kunnen dus de helft van onze pizza;s meenemen. Enfin de volgende dag hebben we er een prima lunch aan met zijn vieren en samen nog weer avondeten. Ze waren wel heel lekker!!! Even als de honing en de sinaasappels die bij een stalletje langs de kant kochten. Maandag doen we boodschappen voor ons vertrek naar Bermuda en brengen we de auto terug. Dinsdags draaien we nog een wasje, heerlijk die machines in de buurt. Joop monteert de radio. Wat zijn wij blij als die het gewoon blijkt te doen. Naast ons ligt een motorschip in de stijl van een sleepbootje. We nodigen de buren uit voor een borrel en hebben een zeer aangename avond met elkaar. De volgende dag vertrekken we dan naar Bermuda. De eerst drie dagen hebben we zuidoosten wind en kunnen we precies op de koerslijn blijven varen, dan is er even geen wind en moeten we motoren. Tot zo ver kloppen de voorspellingen. Ook als we daarna een slag naar boven moeten maken. Helaas komt daarna de beloofde noordoosten wind niet met de kracht die voorspeld was. En dus moet de motor aan. We hebben bovendien deze hele reis een halve tot twee mijl stroom tegen. We eindigen met 3 etmalen motoren en zijn dolblij als we in Bermuda aankomen na een overtocht van acht dagen. We vonden het wel saai. Een stille zee met Portugese oorlogsschepen, dit zijn een soort kwallen, gaat toch vervelen op den duur. En puzzelen en lezen ook.
Voor de foto’s zie: http://picasaweb.google.com/syzeezot